Tekst en beeld: Stefan Maas

Een merkwaardig driehoekje in Oost-Finland langs de Russische grens trok mijn aandacht. Hoe zou het zijn om daar te fietsen?
Hoe is ’t daar? Dus wél bereik? Appen via een Russische satelliet? Kijk uit, hè… voor je het weet hebben ze je locatie, en dan zijn de rapen gaar.
Ik sluit WhatsApp en staar voor me uit, vanaf mijn tot stoel omgebouwde slaapmatje. Sinds Poetins leger Oekraïne binnenviel, is Rusland in de beeldvorming weer the evil empire. Oost en West staan tegenover elkaar, net als tijdens de Koude Oorlog. Stalin zou van vreugde uit zijn graf bij de Kremlinmuur opstaan, mocht hij in staat zijn het te horen.
Appen via een Russische satelliet? Russen die me opsporen met een paar kilo ongegaarde rapen en een stel Duitse herders? Als er werkelijk patrouilles zijn in het Fins-Russische grensgebied in Noord-Karelië, dan weten ze zich goed schuil te houden. Ik heb nog geen enkele militair gezien, niet van Finse, noch van Russische afkomst.
Voor me ligt het stille Lahnajärvi-meer, in het uiterste oosten van Finland. Mijn tent staat bij de nu verlaten bbq-plek Karhunkämmenen Luppotupa. Het kost bijna meer moeite om zo’n naam in je geheugen te prenten dan om er vanuit Hattuvaara, het dichtstbijzijnde dorp, naartoe te fietsen.
Wat ik vooraf niet wist: dit puntje op de kaart is zowaar een toeristische trekpleister. Een paar auto’s en twee motoren passeerden me onderweg hiernaartoe. Deze toeristen hebben ongetwijfeld over het water van het Virmajärvi-meer gestaard, waar de scheidslijn tussen beide landen dwars doorheen loopt. Waarschijnlijk zagen ook zij geen spoor van menselijke activiteit aan de overkant, waar Russisch Karelië begint.

Dicht bij de grens mag je overigens niet komen; langs de grenslijn is een ‘verboden zone’ ingesteld, variërend van enkele tientallen meters tot wel drie kilometer breed. Gele ringen op bomen, gele bordjes, koorden en – in het water – gele boeien markeren de grens van die zone.
Langzaam begin ik ook te beseffen dat ik hier over een oud slagveld aan het fietsen ben. Langs weg 522 fotografeerde ik eerder al het Ilomantsi Battle Memorial. In 1939, tijdens de Fins-Russische Winteroorlog, wisten de Finnen hier een Russisch offensief tegen te houden. In 1944, tijdens de Voortzettingsoorlog, vonden opnieuw gevechten plaats – en weer hielden de Finnen stand en behaalden zelfs de overwinning. Oost-Karelië, het gebied dat de Finnen graag wilden inlijven, bleef echter buiten bereik en behoort nog altijd tot Rusland.
De volgende ochtend pak ik mijn spullen en draai het gravelweggetje op dat langs de grens slingert. Finland heeft genoeg van dit soort wegen voor een maandenlange gravelfietsvakantie – zo’n 100.000 kilometer in totaal. Ze zijn autoluw en doorgaans goed onderhouden; een speeltuin voor de gravelgrinder. Behalve als er pas nieuw grind is gestrooid. Dan is het ploegen door los gesteente en hotsebots je niet harder dan twaalf kilometer per uur over het gruis.
Op mijn gps-schermpje verschijnt een waypoint, het hoofddoel van deze grensvakantie. Gelegen op een merkwaardig grensdriehoekje, dat eigenlijk een lijntje mist, of noem het een vreemde driehoekige uitstulping, zo je wilt. Op Google Maps had ik er al tientallen keren naar gestaard. Het gravelpad waarop ik rijd, eindigt vlak bij dat driehoekje. Een paar honderd meter verder begint een nieuw weggetje. Op Google Earth zag ik ook het silhouet van een gebouwtje en een brug over een rivier die tussen beide wegen stroomt.
Er moest dus een voetpad zijn dat over dat bruggetje loopt. En nog belangrijker: eenmaal op dat pad ligt de Russische grens op amper vijftig meter naar het oosten. Even snel van het pad af, even struinen door het struikgewas en ik zou op Russische bodem staan. Dat zou tegenwoordig best stoer klinken. Zou ik…?
Google Earth heeft gelijk. Aan het eind van het gravelpad doemt een gebouw op. Geen woonhuis, zoveel is duidelijk. Aarzelend loop ik ernaartoe en zie dat het een grenspost is. Leeg, niemand te bekennen. Gek, in een tijd waarin Finland zich probeert voor te bereiden op een mogelijke oorlog. Maar waar is het voetpad naar het bruggetje? Terugrijden, daar heb ik weinig zin in. Ik kijk zoekend rond en ontdek een vaag pad aan de zijkant van het gebouw. Aan één zijde van het pad markeren bomen met gele ringen de rand van de verboden zone. Yes. Met de fiets aan de hand loop ik verder het bos in.

Een groenstalen bruggetje komt in beeld, zoals verwacht. Eenmaal erop spied ik naar het oosten. Het moment suprême is daar. Rusland ligt binnen bereik; een paar sprongetjes zouden me over de grens brengen. Toch blijf ik aarzelen. Geen hek, geen grensbewaking, geen wachttorens, geen teken van een mijnenveld, geen killerhonden. Maar er zijn natuurlijk ook drones, wildcamera’s met hittesensoren, satellieten met geavanceerde lenzen en meer apparatuur die je niet meteen kunt zien.

Het moment suprême is voorbij. Ik wandel verder met de fiets. De grens oversteken is me het risico niet waard; als het misgaat, zijn de rapen alsnog gaar. Bovendien heb ik niets in Rusland te zoeken en er niets mee te winnen. Toch voelt het als een kleine nederlaag, alsof ik een bergbeklimmer ben die vlak onder de top besluit af te dalen. Verstandig, begrijpelijk, maar ook een tikje teleurstellend.

Acht dagen later en zeshonderd kilometer verder, aan de rand van het immense Höytiäinen-meer, sluit ik mijn Finse fietsvakantie af. Voor het eerst had ik voor die reis gebruikgemaakt van automatische routering via het RouteYou-pla tform, met de optie ‘mountainbike trails’. De enige vaste punten die ik invoerde, waren begin- en eindplaats Joensuu, het driehoekje bij de grens en de lokale supermarkten, een schaars goed in Oost-Finland. En zo links en rechts wat bijschaven als de route té onlogisch werd. Het bespaarde me vele uren spitwerk.
Voor 96% verliep die werkwijze uitstekend; ik fietste overwegend over rustige gravelwegen. De overige vier procent bestond uit verdwenen wegen, te ruige paden voor een fiets met bagage of onnodige omwegen. Maar dat valt te overzien bij een route van ruim 800 kilometer.
Bij een bbq-plek, op zo’n 120 kilometer van de grens, stuur ik nog een appje met locatie-aanduiding. Het antwoord: “Ik zie dat je nog steeds in de buurt van Poetin zit.” Geen vraag over hoe mooi Finland is, wat ik heb meegemaakt, nee, het enige dat opvalt, is mijn nabijheid tot Poetins rijk. Vreemd hoe ons wereldbeeld in enkele jaren kan kantelen.