Blog Kees Lucassen
Kees Lucassen is een reisjournalist die per fiets en te voet heel wat beleefde. In eigen land en verder weg. Zo ook in de Dolomieten…
Er zijn mensen die het mooi doen en mensen die het lelijk doen. Fietsen bedoel ik. Zelf ben ik iemand die bijzonder lelijk fietst. Wie dat niet gelooft, kan zich overtuigen bij een kapper in Bari. Tussen de twee spiegels in zijn winkeltje draait deze man elke dag een filmpje. Daarin speelt hij de hoofdrol. Ik een bijrol.
Het begon allemaal in Pedraces, een Dolomietendorpje, waar ik ooit een klein hotel deelde met vier fietsvrienden, een roedel Zuid-Italianen en een wijnkelder. Voor de volgende dag stonden er vier cols op het programma. En kijk, daar waren de Italianen. Ook op de fiets en met een heuse volgauto inclusief trekzakmuzakbrakende luidspreker op het dak. Plus een videoman in trainingspak achter claxon en stuur.
Allemaal samen gaan we tegelijk de eerste col op, de Passo Gardena, maar langzaam versplintert het peloton. Ik zit in het staartje, samen met een pafferige pedaleur die knipogend bromt: ‘Piano, piano’. Ik knipoog terug. Gelijk heeft-ie, niet meteen forceren. Hij vertelt dat hij een barbiere, een kapper, is, in Bari. Naarmate de klim vordert, wordt de Barinese friseur roder. Hij zucht, puft en kreunt. Als hij even stopt, beschaamd grijnzend, trap ik een rondje om hem heen. Ik zal hem niet alleen laten, deze amicale barbier moet boven komen, voor zijn verhaal thuis aan familie, klanten en nageslacht.
‘Forza amico’, fluister ik.
‘VOO-LAAA-RE!’
De volgauto. Het zien van de videoman geeft mijn vriend nieuwe kracht. Voor het camera-oog van Bari houdt hij zich groot. Ik ga achter hem rijden. Doch, wanneer de volgauto even later richting kopgroep snelt, valt de kapper vrijwel stil. Ik versnel, ga naast hem rijden en gooi mijn beste Italiaans naar hem toe. ‘Solo quattro chilometre. Quasi pronto. Si, si, avanti!’ Barbiertje zal niet hangen.
Traag zakt de top van de Passo Gardena in onze richting. Trap, na trap, na trap…
En dan gebeurt het.
Dertig meter voor de col versnelt de kapper! Natuurlijk, hij weet dat het camera-oog boven op hem wacht. Wat moet ik doen? Terugpakken? Dan bederf ik zijn film. En ach, op de volgende col rij ik hem in de eerste bocht los. Ik laat hem gaan, blijf op gepaste afstand.
Op de top stapt hij af. Verdwijnt trillend in de volgauto. Doet de hele dag geen trap meer. Videoman, die zijn trainingspak heeft uitgetrokken, gaat verder op zijn fiets. We hebben nog drie cols te gaan. Daarvan is ’s avonds in het hotel geen beeld te zien. Wel zien we een fietser in lelijke stijl die schokschouderend in het wiel hangt van een corpulente coiffeur, die vlak voor de top demarreert. Italië wint! Bari lacht. En ook mijn vrienden lachen. Het hele hotel lacht. Ook de volgende ochtend bij het ontbijt. En de volgende. Barbiertje glimt en glundert. Ik houd mijn mond, een verklaring geven, dat is olie op het vuur. Ik bid voor langdurige stroomstoringen in Zuid-Italië en hoop dat lang haar snel weer mode wordt. Hij knipt trouwens beroerd.